Notulen  02 Gemeenteraad

Aanleiding en context

De gebouwtjes op de begraafplaatsen van Malderen en Steenhuffel waarin toilet, kleedkamer en berging gevestigd zijn, zijn in zeer slechte staat. Deze dienen vervangen te worden door nieuwe units. De raming voor 2 units bedraagt € 139.150 incl. btw.  De gunning gebeurt via onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking.

- decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen

- wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen

- bestuursdecreet van 7 december 2018

- wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen

- wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, meer bepaald artikel 42, § 1, 1° a) (de goed te keuren uitgave excl. btw bereikt de drempel van € 140.000,00 niet)

- decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikels 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht

- koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen

- koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 90, 1°

- ontwerpbestek

De 2 gebouwtjes op de begraafplaatsen van Malderen en Steenhuffel waar nu een toilet, kleedkamer en berging zijn ondergebracht, zijn in slechte staat. Het dak is versleten en de muren aangetast door vocht. Herstelling zou een dure opgave zijn. Hierdoor wordt er gekozen om de gebouwen te vervangen door een afgewerkte containerunit met toilet (ook voor mensen met een beperking), kleedkamer en berging, zodat bezoekers en personeel het toilet kunnen gebruiken en de kleedkamer en berging ter beschikking is voor de medewerkers.

Financieel aspect

Investeringsbudget 2023/099000/221000 actie 1.5 40 : voorzien van sanitair op de begraafplaatsen

Aanleiding en context

In tegenstelling van de eerdere beslissing zal het parkeerbeleid toezicht blauwe zone toch uitbesteed worden aan een externe firma. Hierdoor dient een artikel gewijzigd te worden in het retributiereglement.

- decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen

- koninklijk besluit van 1 december 1975 houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg, ook aangeduid als de wegcode

- beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 14 november 2022 houdende goedkeuring van de beleidsvisie en personeelskader dienst Samenleving

- beslissing van de gemeenteraad van 24 januari 2022 houdende goedkeuring van het retributiereglement voor het parkeren in de blauwe zone

Artikel 11 van het bestaand reglement moet worden aangepast omdat de controle op het parkeren in blauwe zone niet door een personeelslid van de gemeente zelf zal gebeuren, maar door een externe firma.

Aanleiding en context

In het meerjarenplan werd in het actieplan 'Uitbouw Huis van het Kind - Basiswerking 0 - 3jaar' de actie 'organiseren van een lokaal loket kinderopvang' opgenomen. Intussen werd een samenwerkingsovereenkomst aangegaan met Opvang Vlaanderen, goedgekeurd op de gemeenteraad van oktober 2022. Het platform waarop aanvragen voor kinderopvang worden gecentraliseerd en gemonitord staat inmiddels online. De interne communicatie en vormingen met de opvangaanbieders werd tevens afgerond. Een duidelijk afsprakenkader met de verschillende opvangaanbieders en het lokaal bestuur is de laatste administratieve stap binnen dit opstartproces die diende te worden doorlopen.

- decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen

- decreet kinderopvang van 20 april 2021

- besluit van de Vlaamse Regering houdende het lokaal beleid kinderopvang van 24 mei 2013

- besluit van de Vlaamse Regering houdende toekenning van een subsidie aan het lokaal loket kinderopvang

- beslissing van de gemeenteraad van 25 oktober 2022 houdende goedkeuring samenwerkingsovereenkomst met Opvang Vlaanderen in kader van het Lokaal Loket Kinderopvang

Een lokaal loket kinderopvang kan slechts functioneren mits een goede samenwerking tussen het lokaal bestuur en de opvanginitiatieven op het grondgebied. Zo dienen opvanginitiatieven zich bijvoorbeeld te engageren om het lokaal loket te gebruiken en te linken aan hun werking. Een afsprakenkader met duidelijke verwachtingen, afspraken en engagementen tussen de onderlinge partners is aldus broodnodig. Volgende thema's worden in de afsprakennota behandeld:

• de engagementen die de verschillende partners ten opzichte van elkaar opnemen;
• verwachtingen vanuit het lokaal bestuur met betrekking tot ondersteuning, inzet van personeel en coördinatie van het project;
• verwachtingen vanuit de opvanginitiatieven met betrekking tot promotie, toeleiding, afspraken met betrekking tot dringende vragen en actief werken binnen het systeem;
• algemene, praktische afspraken met betrekking tot de samenwerking.

Financieel aspect

Geen

Aanleiding en context

CKG De Kleine Parachute, afdeling van vzw Kinderland, verleent dienstverlening onder de vorm van een aanspreekpunt opvoedingsondersteuning aan lokale besturen.  Er wordt met hen een samenwerkingsovereenkomst afgesloten.

- decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen

- decreet tot oprichting van EVA Uitbetaling van toelagen in kader van het Gezinsbeleid van 7 juli 2017

In het meerjarenplan is dit een actie 5.28.6 'We geven het aanspreekpunt voor opvoedingsondersteuning vorm'. Via deze laagdrempelige dienstverlening, bieden we een preventieve mogelijkheid voor (jonge) ouders met pedagogische vragen. Het is tevens een aanbod om mogelijke vragen/problemen in een opvoedingssituatie preventie op te pikken en waar nodig door te verwijzen naar hulpverlening in de tweede lijn.

Financieel aspect

De basisvergoeding voor deze samenwerkingsovereenkomst bedraagt 3.250 euro op jaarbasis, deze wordt gekoppeld aan de gezondheidsindex volgens de formule (zie bijlage artikel 7 vergoeding).

In de praktijk betekent dit dat de eerste indexatie zal ingaan op 01/2024, op basis van onderstaand voorbeeld: (3.250 euro X GI 01/2023)/GI 01/2024.

De nodige budgetten werden voorzien in het meerjarenplan binnen actie 5.28.6

Aanleiding en context

Het Ruimtelijk UitvoeringsPlan Woonlagen (bestaande uit toelichtingsnota, stedenbouwkundige voorschriften, een grafisch plan en een kaartenbundel, inclusief de screening plan-MER) werd voorlopig aanvaard door de gemeenteraad in zitting van 26.04.2022.

Het college van burgemeester en schepenen onderwierp het ontwerp RUP Woonlagen gedurende 60 dagen aan een openbaar onderzoek van maandag 23 mei tot en met vrijdag 22 juli 2022.

Om de inwoners maximaal te informeren werden twee infomarkten (met inbegrip van korte video) georganiseerd: op dinsdag 7 juni tussen 18 en 21 uur en op zaterdag 11 juni tussen 9 en 12 uur.

Tijdens het openbaar onderzoek werden 21 bezwaarschriften ingediend en werden 2 adviezen ontvangen.

Advies van De Lijn en de provincie Vlaams-Brabant (7 juli 2022).

De GECORO heeft de bezwaren en adviezen gebundeld en behandeld op 28 september 2022.

Ter gedeeltelijke compensatie voor de parkeerplaatsen die op termijn zullen verdwijnen op de Egmontsite, werden 3 opties voorgelegd aan de werkgroep RO om een nieuwe parking aan te leggen op de voormalige OCMW-site (grasplein naast GTIL).  

De meerderheid van de werkgroep RO had de voorkeur voor een eerder beperkte uitbreiding (optie 2) en een maximaal groen ingerichte omgeving. De parking moet flexibel ingericht worden, zodat een eventuele latere uitbreiding mogelijk blijft. 

Naar aanleiding van Gemeenteraadscommissie Maatschappij van 18 januari 2023 werden de voorschriften nog verfijnd.

- decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen

- Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening artikels 2.2.13 tot en met 2.2.17

- Beleidsplan Ruimte Vlaanderen van 20 juli 2018

- Beleidsplan Ruimte provincie Vlaams-Brabant in opmaak

- besluit van de Vlaamse Regering van 11 april 2008 tot vaststelling van de nadere regels met betrekking tot de vorm en de inhoud van de ruimtelijke uitvoeringsplannen

- beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 25 oktober 2021 houdende aanduiding BUUR/Sweco als studiebureau

- beslissing voorlopige aanvaarding van het RUP Woonlagen door de gemeenteraad dd. 26 april 2022

- beslissing overeenkomst door de gemeenteraad d.d. 26 april 2022

- verslag van de vergadering van de Gecoro van 28 september 2022 waarbij de adviezen en bezwaren werden behandeld.

- beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 3 oktober 2022

- verslagen van de werkgroep RO van 11 oktober 2022 en 16 november 2022

- aktename van de aangepaste voorschriften door het college van burgemeester en schepenen van 12 december 2022

- bespreking op de gemeenteraadscommissie Maatschappij van 18 januari 2023

Londerzeel is gelegen in het gewestplan Halle-Vilvoorde-Asse van 7 maart 1977. Het gewestplan legt de beperking van maximaal 2 woonlagen op. De creativiteit van bouwprojecten wordt hierdoor beperkt, waardoor vaak duplexen worden gerealiseerd. Om kwalitatieve verdichting mogelijk te maken in de kern van Londerzeel is de opmaak van een RUP noodzakelijk.

De gemeente wenst in te zetten op kwalitatieve verdichting in de kern van het hoofddorp (hoogdynamische kern). De open ruimte dient zo veel mogelijk te worden gevrijwaard. Dit kan mogelijk gemaakt worden door het herbestemmen of aansnijden van binnengebieden. Voor de KMO-zone in de Dorpsstraat is een herbestemming noodzakelijk om nieuwe bedrijvigheid in de kern van Londerzeel te voorkomen.

Naar aanleiding van de bezwaren en het advies van de GECORO, werden volgende aanpassingen aan de voorschriften doorgevoerd:

• De hoofdbestemming voor wonen verscherpt, zodat handel in de Dorpsstraat, Kerkstraat en Markt versterkt wordt. Dit werd doorgetrokken voor de overdrukzone, en de projectgebieden.
• De inplanting en aansluiting op bestaande wachtgevels op de perceelsgrens werd versoepeld, dit omdat er in de Kerkhofstraat nog woningen staan met gelijkvloers en dak en dat hierop aansluiten niet wenselijk is.
• De definitie voor de minimale buitenruimte werd beter omschreven (nuttige zone van 3 x 2,5m).
• Karaktervolle gevels worden beter beschermd (geen parkeernorm).
• Bij de omgevingsvergunningsaanvraag voor de projectgebieden wordt een inrichtings- en beheersplan gevraagd voor de inrichting van de publieke ruimte.
• De fietsenstallingen voor de projectgebieden moeten niet meer verplicht op het maaiveld voorzien worden, maar dienen comfortabel bereikbaar te zijn.
• Het aantal publieke kortparkeerplaatsen voor het projectgebied Egmont werd aangepast naar minimum 10% van het aantal woongelegenheden.

De overige opmerkingen of bezwaren uit het openbaar onderzoek werden niet gevolgd of hebben geen aanleiding gegeven tot aanpassingen.

De gemeenteraad heeft - overeenkomstig de VCRO - op gemotiveerd verzoek van het college de beslissingstermijn éénmalig verlengd met 60 dagen op 20 december 2022.

Financieel aspect

De opmaak van het RUP valt onder de beleidsdoelstelling: Landelijk, leefbaar en groen Londerzeel.

Actie 1.1: Voeren van een kernversterkend verdichtingsbeleid ter vrijwaring van de open ruimte, als leidraad met specifieke aandacht voor lokale handel, landbouw en wonen

Amendement

Aanleiding en context

In zitting van 28 januari 2020 keurde de gemeenteraad de samenwerkingsovereenkomst met de provincie Vlaams-Brabant inzake de opmaak van een gemeentelijk energie- en klimaatactieplan ("SECAP") goed. Na een aanzienlijke vertraging door de coronapandemie wordt het intergemeentelijk energie- en klimaatactieplan ("SECAP" - Sustainable Energy and Climate Adaptation Plan) voorgelegd.

- decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen

- besluit van de deputatie van 21 juni 2018, waarbij de provincie zich engageert om Sustainable Energy and Climate Action Plans, "SECAP’s" (gemeentelijke energie- en klimaatactieplannen) op te maken voor de Vlaams-Brabantse lokale besturen en deze tevens te ondersteunen en te begeleiden bij de uitvoering ervan

- beslissing van de gemeenteraad van 24 september 2019 houdende toetreding tot het Burgemeesterconvenant 2030

- beslissing van het college van burgemeester en schepenen in zitting van 9 oktober 2021 betreffende de goedkeuring uitwerking klimaatactieplan voor 2018

- besluit van de Vlaamse Regering van 9 december 2019 houdende goedkeuring van het Vlaams Energie- en Klimaatbeleidsplan 2021-2030

- beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 19 december 2022 houdende goedkeuring van het intergemeentelijk energie- en klimaatactieplan ("SECAP" - Sustainable Energy and Climate Adaptation Plan)

Het aantal negationisten van de klimaatopwarming daalt gestaag. Er is dan ook geen ontkennen meer aan en actie is meer dan dringend om de gevolgen te beperken.

De gemeente opteerde voor de opmaak van een klimaatactieplan ("SECAP") samen met de gemeente Meise onder regie van de provincie Vlaams-Brabant. Bij de opmaak werden verschillende gemeentelijke diensten betrokken. De provincie Vlaams-Brabant begeleidde door middel van workshops. 

Het SECAP beschrijft de mogelijke domeinen waarop kan worden ingezet om de doelstellingen te behalen. Hierbij werd ook een concreet actieplan toegevoegd.

De doelstellingen van het klimaatactieplan zijn het streven naar een drastische vermindering van de CO2-uitstoot (klimaatmitigatie) en het nemen van maatregelen om de gevolgen van de klimaatverandering op het grondgebied te temperen (klimaatadaptatie):

• 40%-CO2-reductie tegen 2030
• klimaatneutraal tegen 2040
• klimaatbestendig tegen 2050

Door de ondertekening van het Burgemeestersconvenant 2030 heeft de gemeente zich geëngageerd om:

• de uitstoot van CO² (en eventuele andere broeikasgassen) op haar grondgebied tegen 2030 met ten minste 40% terug te dringen ten opzichte van 2011, door een betere energie-efficiëntie en een hoger gebruik van hernieuwbare energiebronnen (klimaatmitigatie);
• haar veerkracht te verhogen door zich aan te passen aan de gevolgen van klimaatverandering (klimaatadaptatie).
• een ‘inventarisatie uitgangswaarden emissies’ (CO²-nulmeting) en een beoordeling van de risico’s van en de kwetsbaarheden voor klimaatverandering (risico- en kwetsbaarheidsanalyse) uit te voeren;
• een actieplan voor duurzame energie en klimaat (Sustainable Energy and Climate Action Plan of SECAP) in te dienen bij de EU binnen de twee jaar na de datum van dit gemeenteraadsbesluit. Voor dit verplicht indienen van het 2030-SECAP werd bij Europa een uitstel van 18 maanden bekomen. Het definitieve en goedgekeurde SECAP dient uiterlijk 16 juli 2023 te worden opgeladen. Aansluitend wordt de verplichte monitoring van het burgemeestersconvenant 2020 afgesloten.
• minstens elke twee jaar na het indienen van het SECAP te rapporteren aan de EU over de geboekte vooruitgang met het oog op evaluatie, monitoring en verificatie.

Niet enkel als signaal naar de bevolking maar ook gezien de noodzaak lijkt het raadzaam om er als gemeente naar te streven om tegen 2040 een klimaatneutrale gemeente te zijn en zo aan te sluiten bij de Vlaamse doelstellingen.

Financieel aspect

6131003/035000 actie 1.4.1 Klimaat en Energie – uitvoeren van een klimaatactieplan

Aanleiding en context

Er wordt een samenwerkingsovereenkomst met Haviland afgesloten voor de ondersteuning van de dienst Omgeving voor het ruimtelijke planning.

- decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen

- ontwerp samenwerkingsovereenkomst Haviland ondersteuning dienst Omgeving (ruimtelijke planning)

Extra ondersteuning op vlak van ruimtelijke planning is wenselijk omdat:

• de dienst zelf geen ruimtelijke planner meer in dienst heeft;
• er nood is aan ondersteuning voor ruimtelijk complexe dossiers;
• voor bepaalde dossiers soms een strakke timing voorop gesteld wordt.

Financieel aspect

GE6131003/BI061000 - kernversterkend verdichtingsbeleid- erelonen en vergoedingen te boeken - opmaak RUP's

Raming gemiddelde kostprijs voor 1 maand ondersteuning: 

(8 uren x € 103 /uur x 4 weken) *1,21 = € 3.988,16 incl. btw

Aanleiding en context

Vanaf schooljaar 2020-2021 bepaalden we voor het eerst een maximumcapaciteit per leerjaar en werkten we met een aanmeldingssysteem voor het inschrijven van nieuwe leerlingen. Deze aanpak werd positief geëvalueerd en wensen we verder te zetten voor schooljaar 2023-2024. Op basis van de eerder gemaakte afspraken, adviseren de directies omtrent de maximumcapaciteit voor schooljaar 2023-2024 rekening houdend met de operationele en infrastructurele mogelijkheden van de school en het verwachte aantal inschrijvingen.

- decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen

- decreet van 9 november 2011 betreffende het inschrijvingsrecht

- decreet basisonderwijs van 25 februari 1997 de artikelen 3, 15, 18, 21, 22, 25, 26, 27, 28, 29, 32, 37 hoofdstuk IV afdeling 3 - recht op inschrijving cfr. artikelen 37bis-37 duodevicies en afdeling 4 - aanmeldingsprocedures artikel 37undevicies – artikel 37vicies septies

- decreet basisonderwijs van 25 februari 1997 artikel 37novies

- decreet van 30 mei 2012 houdende technische en praktische aanpassingen aan het decreet van 25 november 2011 betreffende het inschrijvingsrecht

- decreet van 25 november 2011 betreffende het inschrijvingsrecht

- decreet van 2 april 2004 betreffende participatie op school en de Vlaamse Onderwijsraad, artikel 21

- beslissing van het college van burgemeester en schepenen in zitting van 13 mei 2019 houdende aanpassing van het inschrijvingsbeleid

- beslissing van de gemeenteraad in zitting van 28 mei 2019 houdende aanpassing van het inschrijvingsbeleid

- beslissing van het college van burgemeester en schepenen in zitting van 4 november 2019 houdende de maximumcapaciteit in het basisonderwijs

- protocol 2019-2020/181119/001 van het ABOC

- beslissing van de gemeenteraad van 17 december 2019

- beslissing van de gemeenteraad van 27 oktober 2020

- Bao/2022/02

De maximumcapaciteit wordt vastgelegd per school in elk geboortejaar (kleuterschool) en leerjaar (lagere school). De cijfers verschillen rekening houdend met de actuele leerlingenaantallen en infrastructuur van de school.

Centrumschool:

• Kleuterschool: in beide vestigingen (Stationstraat en Lijsterstraat) is er in elke kleuterklas ruimte voor 22 kleuters. Voor het geboortejaar 2019 wordt er in de Tovertuin een uitzondering gemaakt op het aantal van 22 kleuters, vermits het gaat om 1 anderstalige nieuwkomer en 1 pleegkind die net in het gezin is bijgekomen. Voor het geboortejaar 2018 gaat het om een zittenblijver.

• Lagere school: in principe streven we naar 22 leerlingen per klas. Er is ruimte voor 2 parallelklassen in elk leerjaar. Het aantal ligt hoger in het tweede, derde en 6de leerjaar omdat er momenteel al meer leerlingen in het eerste, tweede en vijfde leerjaar zitten die mogelijk allemaal doorstromen. 

Leerjaar	Stationstraat
1	44
2	46
3	45
4	44
5	44
6	46

Ter Elst:

Er zijn 11 klaslokalen beschikbaar, dus minimaal één leerjaar kan niet gesplitst worden. De maximumcapaciteit voor de totale school bedraagt 200 leerlingen. Omwille van de grootte van bepaalde lokalen, is het niet mogelijk om groepen van 22 leerlingen te vormen.

Ons eerste leerjaar bestaat voor 99% uit doorstroom uit De Huffeltjes. Daar zijn momenteel 21 leerlingen die zouden starten in ons 1^e. Dat blijft één klas. Daar kan dus één zij-instromer bij, maar geen groter aantal. Het tweede leerjaar telt 34 leerlingen, dat blijven sowieso twee klassen en daar kan de capaciteit dus hoger. Het derde leerjaar is één klas van 25 leerlingen. Daar is slechts ruimte voor één extra leerling. Het vierde leerjaar zal uit twee klassen bestaan, daar is weer ruimte voor meerdere extra leerlingen. Het vijfde leerjaar telt 28 leerlingen, voor die leefijdsgroep kiezen we een kleine uitbreidingsmogelijkheid, door de grote noden en hulpvragen die er in die klas al zijn. Het zesde leerjaar komt halftijds samen. 32 leerlingen is het maximum, kleine instroom mogelijk.

Leerjaar	Ter Elst
1	22
2	40
3	26
4	42
5	30
6	32

Concreet aantal vrije plaatsen:

1ste leerjaar: 1

2de leerjaar: 6

3de leerjaar: 1

4de leerjaar: 5

5de leerjaar: 2

6de leerjaar: 1

Kouterschool: 

We streven naar een gemiddeld aantal van 22 leerlingen per klasgroep.  Om dit aantal te bekomen vanaf 2KK moeten we andere aantallen gebruiken in 0KK en 1KK. Motivatie 0KK en 1KK:

- Graadsklas 0KK en 1KK

- Grootte september en opsplitsen klassen is afhankelijk van instapdata 0KK.

- Marge om de groepen te kunnen vormen ook als er meer 1KK dan 0KK zijn. (Sommigen konden niet inschrijvingen in 0KK omdat de maximumcapaciteit bereikt was. Anderzijds waren er weinig 1KK’ers, waardoor er in deze graadsklassen WEL nog plaats was)

- Verloop 0KK en 1KK dit schooljaar (2x scheiding, 1x vrije plaats andere school) en in mei wel moeten weigeren

- Veel broers en zussen

- Doel: groepen die met een gemiddeld aantal van 22 kunnen doorstromen naar 2KK, in toekomst opnieuw naar 2 klasgroepen 2KK, dus opbouw onderaan met 3 graadsklassen 0KK/1KK waarvan er nadien 2 groepen doorstromen naar 2KK.

Het eerste leerjaar is momenteel 1 klasgroep, hier kunnen nog 2 leerlingen instromen. Er gaan 2 1^ste leerjaren door naar het 2^de leerjaar. Hier kunnen we naar een maxcap van 22 per klas, er kunnen nog 11 instromers bij. De klasgroepen kunnen niet samenkomen, geen lokaal voor 33 leerlingen.

In het derde leerjaar (1 klasgroep) kunnen 2 zijinstromers aansluiten.  
In het vierde leerjaar zijn 2 klassen nodig, hier kunnen nog 12 leerlingen aansluiten.

Gegeven de beschikbare lokalen, blijven het vijfde en zesde leerjaar één klasgroep met beperkte instroom (1 in het vijfde en 2 in het zesde).

Dat geeft volgende maximumcapaciteit:

Geboortejaar	Kouterschool
2021*	44
2020**	26
2019	22
2018	22
Leerjaar
1	22
2	44
3	22
4	44
5	22
6	24

*Samen met °2020 in 3 klasgroepen

**Samen met °2021 in 2 en later 3 klasgroepen bij start (afhankelijk van instapdata)

De nieuwe omzendbrief BaO/2022/02 biedt de kans om een maximumcapaciteit anderstalige nieuwkomers in te voeren.

Zowel niet-aanmeldende scholen als aanmeldende scholen kunnen anderstalige nieuwkomers weigeren, wanneer het aantal anderstalige nieuwkomers in de betreffende vestigingsplaats minstens vier bedraagt in vestigingsplaatsen tot en met 100 leerlingen, en minstens acht bedraagt in vestigingsplaatsen met meer dan 100 leerlingen, op voorwaarde dat de geweigerde anderstalige nieuwkomers een plaats gegarandeerd wordt binnen een school, gelegen op een redelijke afstand en rekening houdend met de vrije keuze van de ouders. 

Scholen mogen anderstalige nieuwkomers steeds in overcapaciteit inschrijven.

Op de vergadering van 13 januari 2023 met alle directies BaO van én de Virgo koepel én het gemeentelijk onderwijs werd een unaniem akkoord bereikt om deze maximum capaciteit anderstalige nieuwkomers in te voeren.

Financieel aspect

Het tivoli budget werd met 10% verhoogd in de goedgekeurde AMJP om redenen van indexaties weddes.